Vechten begint met een keuze, niet met een wet.

Op een doodgewone dinsdagmiddag ligt er ineens een officiële brief op de mat. De afzender: het Ministerie van Defensie. Je bent net 17 geworden, en daar is-ie dan, jouw aanmelding voor de dienstplicht. Je hoeft niets te doen. Geen actie vereist. En toch voelt het allesbehalve vrijblijvend.

Een brief

Die brief is geen administratief foutje.  Het heeft te maken met de opkomstplicht: een oude wet die bepaalt dat je verplicht bent om te komen opdagen als de overheid je oproept voor militaire dienst. In Nederland wordt die plicht al sinds 1997 niet meer actief gebruikt, maar officieel is hij nooit afgeschaft. Daarom krijg je de brief voor het geval dat er ooit een noodsituatie of oorlog uitbreekt. Sinds 2020 geldt dat ook voor meisjes. Gelijkheid, noemen ze dat. Maar wat betekent het écht?

Vechten voor je land

Voor eerdere generaties was het een eer om dienst te doen. Maar voor veel jongeren vandaag voelt het anders. De wereld is complexer. De definitie van ‘je land dienen’ verandert. Waar de een het ziet als een militaire taak, wil de ander bijdragen via zorg, onderwijs, klimaat of technologie.

Roy van Wanrooij (19) dacht dat hij zijn roeping had gevonden. Op zijn 17e begon hij aan een VeVa-opleiding, speciaal bedoeld voor jongeren die een toekomst bij Defensie zien.

“Ik weet niet precies waar het vandaan kwam,” vertelt hij. “Maar als kind had ik al het gevoel dat ik wilde vechten voor mijn land.”
Wat begon als een overtuiging, veranderde al snel in een zware innerlijke strijd.

Tussen droom en werkelijkheid

Roy merkte al vroeg dat zijn romantische beeld niet klopte met de realiteit.

“Tijdens een kamp werd ik mentaal en fysiek tot het uiterste gedreven, ik voelde pijn waarvan ik niet eens wist dat die bestond.”
De mentale belasting, het lange van huis zijn, de continue druk, het vrat aan hem. “Niet iedereen is gemaakt voor dit werk. Het is echt zwaar. En dat hoor je van tevoren eigenlijk veel te weinig.”

Waarheid zonder camouflage

Daar zit precies het probleem: de échte kant van Defensie blijft vaak onderbelicht. We zien stoere reclames met actie en kameraadschap. Maar waar is de ruimte voor twijfel, angst, of mentale worsteling?

“Ik vind dat jongeren een eerlijk beeld moeten krijgen,” zegt Roy. “Ook de negatieve kanten. Je moet pas kiezen als je weet waar je aan begint.”

De kern van de zaak

De dienstplicht is slapend, maar niet dood. In theorie kunnen jongeren worden opgeroepen als de nood hoog is. Hoewel dat in de praktijk zelden gebeurt, roept de brief vragen op.
Wat als ik dit niet wil? Wat als ik geen soldaat bén, of wil zijn?
En belangrijker nog: waarom krijg ik een brief die gebaseerd is op een verplichting die ik misschien nooit wil nakomen?

Het is tijd dat we deze vragen hardop durven stellen. Niet alleen binnen Defensie, maar als samenleving.
Is het eerlijk dat jongeren geconfronteerd worden met een militaire verplichting uit het verleden? Of moeten we juist investeren in een nieuw soort dienst: één die aansluit bij de wereld van nu, waarin je ook met kennis, zorg en empathie je land kunt dienen?

De keuze moet van jou zijn

Vechten voor je land begint niet met een wapen.
Het begint met een brief.
Met een gedachte.
Met een gesprek.
Maar uiteindelijk moet het beginnen met een keuze.
En die keuze moet van jou zijn, niet van een wet uit 1947.